Blog Bert; BloodSweat(&Tears)Trails

Koning van SpanjeVorig jaar in oktober flink ‘afgezien’ (met hier en daar een huilbui) bij de Beartrail in Zuid-Limburg. Deze trail was 36 km lang en over 34 km van het parcours lag modder: vooral de laatste 18 km was fijn lopen met kramp in beide kuiten. Maar de trail smaakte naar meer. Dus ik heb me (nadat ik bijgekomen was) gelijk weer ingeschreven voor een lange trail. Dit keer de 34,4 km + 850 hoogtemeters bij de Koning van Spanje-trail die georganiseerd werd door MST in Gulpen in Zuid Limburg. Waarom ook niet: de route wordt tijdens het lopen goed aangegeven (met hier en daar een sabotage) maar als je even niet oplet dan loop je zelf wel eens verkeerd.

 

We gingen met een groep van 8 Urkers en 1 (of zijn het nou 2) vreemden op pad. De meesten van ons deden de mini-trail. Een enkeling had ook de wijze beslissing gemaakt om deze afstand te doen nadat hij een varken had gewassen genaamd de Rotterdamse Marathon. Er werd ruim voor de tijd de Whatsapp-groep Koning van Spanje-trail (a.k.a. Trailtijgers) aangemaakt. In de tijd dat deze groep aangemaakt werd was ik net druk aan het klussen in mijn huis in Emmeloord. Er zaten flink wat uurtjes/dagen in het huis en ik kwam minder aan trainen toe dan eigenlijk goed voor me was (eerste smoes). Mijn telefoon stond tijdens het klussen roodgloeiend. In de whatsapp-groep werden er al heroïsche verhalen verteld dat iemand van ons de kids-run eh ik bedoel de mini-trail à 17 km zou winnen. Dat er geen top 10-notering in zat op de volwassenafstand. En er werd nog een hoop meer onzin verteld eh ik bedoel nuttige informatie gedeeld. Als je wat plintjes in verbindingen wilt zagen dan kan je wel wat afleiding gebruiken (not). Ik begrijp nu gelijk hoe de anderen zich voelen ten opzichte van mijn FaceBook mis-/ gebruik: mijn excuses.

We gingen dit keer maar op een ‘lekker’ warm bed i.p.v. in een koude tent slapen in het Hotel Pension Oranje Valkenburg a/d Geul. We waren maar met 2 dames (of waren het nou 3 vrouwtjes) die zelf een eigen kamer hadden. Nadat we onze spullen in het hotel geplaatst hadden gingen we het gebied verkennen. De meesten wandelend en twee personen alvast al fietsend het parcours bekeken. We konden gelijk ons wreed-mooie uitzicht bekijken wat we in onze eindsprint lees: ongecontoleerde afdaling zouden hebben. Nadat we de startnummers opgehaald hadden gingen we weer terug naar het hotel om daarna naar een Italiaans restaurant te gaan. Want onze magen smachten naar wat lekkere pasta. Nog geen 5 meter van onze hotelkamers roken we een vreemde geur. Dit bleek dus angstzweet te zijn van  2 personen die we al trillend met grote ogen in hun wielrennersbroeken zagen zitten “Zo dat zijn best wel pittige klimmen” kon de ene nog net uitkramen. Deze avond maakten we het na het eten niet al te laat aangezien we er al een lange rit op hadden zitten.

De volgend dag kraaide de Whatsapp-groep vroeg. Eerst konden we genieten van een lekker ontbijtje. Daarna maakten we ons klaar voor de trail: renkleding aan, startnummers en chip opgespeld, hier en daar wat vaseline opgesmeerd, tape (van het Kruidvat-merk) gebruikt… en door. Nadat we de overnachting betaald hadden en de auto bepakt en bezakt was met de fietsen moesten we nog wachten op een enkeling. We hadden eigenlijk super veel haast en de start van de minitrail zou al over 40 minuten zijn. De startplek was 20 minuten van het hotel af en eigenlijk was de spanning te snijden. Eindelijk kwam degene na een paar minuten er aan wandelen. “Ik wil ook nog inlopen”: zei degene die de mini-trail deed. “Dat kan toch, daar heb je nog een half uur de tijd voor als we aankomen”:zij de rust zelve. Ik wil geen naam noemen maar gelukkig is diegene die een uur later zou starten op de lange afstand beter in het uitrekenen hoe hij op de minuut nauwkeurig eindigt bij zijn marathons. En het schrijven van complexe schema’s voor Jan en alleman dan het berekenen van deze reistijd tot inloop verhouding. Maar we hebben het gered en al snel zwaaiden we naar en moedigden we de bikkels van de 17 km aan die vertrokken.

Koning van SpanjeNu moest ik zelf nog even inlopen. Mijn beide enkels knakten aan alle kanten van het vele laminaat leggen, etc. (smoes 2). (En hier komt de 3de smoes) Oh ja ik moest nog naar de EHBO-post toe voor een half afgeschuurde kleine teen. Nadat mijn teen door 3 paar verschillende ogen bekeken waren en het Rode Kruis van de schrik bekomen was bonden ze even op het stukje gaas een meter tape over mijn kleine teentje heen. Als ik nu ‘niet goed’ meer loop weet ik het ook niet meer.
Al snel was de start waar ik met een rustig tempo zou starten. De eerste 5 km gelopen met de knakkende enkels maar daarna ging het echt voorbarend goed. Waarin ik na 2 km eigenlijk al begon te hallucineren. Een doedelzakspeler boven op de steile heuvel. Ik zag het verband eigenlijk ook niet met de Koning van Spanje maar hij blies ons wel even goed de heuvels over. Na enkele heuvels mochten we met een flink tempo door een klein riviertje heen rennen. Waarbij aan de andere kant een gezichtsafdruk in de modder stond zo glad was het daar.

We werden bij enkele gedeeltes langs het parcours van de Bear-trail geleid. Een geluk dat er dit keer weinig modder lag. De weides waren mooi lichtgroen waarop vele koeien stonden op en langs het parcours. Door de bossen heen stonden de bomen dicht begroeid op elkaar. Een nadeel was alleen dat je door de dichte begroeiing de mooie vergezichten, diepe dalen en hoge pieken minder zag t.o.v. de Bear-trail. Maar daar mag ik eigenlijk niet over klagen.  Onderweg passeerde ik de drankposten. Ik had zelf een camelbak mee die beladen was met 2 liter water, winegums, dadels, fruitkicks, etc.

Het lopen ging echt voortreffelijk. Ik had op het 17 km punt zelfs een tussentijd van 1;35. Na een snelle berekening rekende ik me al rijk naar de 3;10 toe als eindtijd. Ik had tegen beenkrampen vloeibare magnesium gekocht waarbij ik om de 5 km een klein slokje Koning van Spanjemoest nemen. Maar ik moest 1/3de hiervan overhouden voor als ik echt kramp zou krijgen. Op 20 km voelde ik een lichte tinteling in mijn kuit maar niets om me zorgen over te maken. Gewoon wat rustiger lopen! Maar daarna was op één of andere verklaarbare wijze het magische elixer al op. En op 25 km sloeg het noodlot toe. Kramp in mijn linkerkuit en al snel in mijn rechterkuit. Op die manier lopen lijkt het alsof je vreugdedansjes doet terwijl je van binnen vloekt, met hier en daar wel een Gilles de la Tourette uitbraak.  Mijn warmtehuishouding was ook niet optimaal, het was best wel een redelijk warme buitentemperatuur maar ik kon het niet warm krijgen, met koude rillingen gelopen.

Daar wandelde ik de laatste 9 km de heuvels van het woeste landschap in Limburg op. Op een gegeven moment kwam er een loper met ongeveer hetzelfde tempo als mij naast me lopen. Hij zag de wanhoop in mijn ogen en legde zijn hand op mijn schouder om mij te troosten. Toen ik naar zijn benen keek zag ik dat hij een medestrijder was. Hij zei: “Ik heb ook kramp in mijn kuit”. Waarop ik zei “Ik heb het in beiden”.  Er viel een diepe stilte van de man zijn kant: wat natuurlijk diep respect betekende. Ik zei nog net niet tegen hem “Laat me maar achter om te sterven” maar ik pakte de draad samen weer op toen er een knappe dame met kort rokje voorbij kwam rennen.

Op een gegeven moment moest ik de man toch los laten. Het was te pijnlijk om het tempo vast te houden. Iets rustiger aan doen. That being said: nog geen 2 minuten later op 31 km kreeg ik een huilbui. Ja weer, net als bij de Beartrail. Dit komt omdat je dan bijna je hele energievoorraad opgemaakt en leeg getrokken hebt. En dan kun je rare dingen gaan doen, terwijl ik nog nooit van vrouwen te horen gekregen heb dat ze gehuild hebben tijdens een lange trail: zeker een mannending! Naast het vele klussen en een emotionele periode thuis komt het dan nog wat harder aan. Maar aangezien alles bijna goed is gekomen maakte mijn lichaam van het negatieve een positieve ontlading: ik kreeg een boost. Waarbij ik al snel de man met kramp weer inhaalde. Als dank gaf ik hem nog een slokje drinken. En ik schoot weer weg, “Gaat best goed hé met die kramp” zei hij als laatste woorden.

In de verte hoorde ik weer de doedelzakmuziek, ik kreeg in combinatie met de mooie landschappen kippenvel: vooral ook dat het nog maar een paar km was. De laatste km ging ik nog even wandelen om geen blessures op te lopen. Al lachend en poserend in de renhouding bij de fotografen langs de weg. Ik zag de top van de heuvel. Het licht tegemoet. Appien had echt gelijk dat uitzicht is echt briljant in de eindsprint. Terwijl ik over de stenen heen rolde van een heuvel af die nog steiler is als de Staverse-hoogte (stijlste heuvel in Urk) kreeg ik nog een huilbui. Ik zette de sprint in over de laatste 400 meter gras. Mijn naam werd omgeroepen, waarbij mijn loopmaten vol verbazing naar me keken toen ik al in 3;30;28 binnenkwam i.p.v. mijn voorspelde binnenkomst van 4 uur. Veel klagen van tevoren helpt toch een hoop: Klaag met mate!

Eén loopmaat vroeg om de afstand die op mijn computer vermeld stond. Dit om te kijken of ik niet afgesneden had; 34,4 km. Ik kreeg complimenten van meerdere loopmaten (bedankt hiervoor). Wederom kippenvel, een hand voor mijn ogen zodat niemand zag dat ik huilde. Ik liep al stuiptrekkend met mijn kuiten weg naar een glas met bier eh water. En ik dacht bij mezelf: “Trailen is echt mooi!!!”{jcomments on}